1 juli 2018

 

Per 1 juli 2018 zijn er enkele nieuwe wet- en regelgevingen van kracht.

 

Snorfiets mag naar de rijbaan

Gemeenten en alle andere wegbeheerders kunnen per 1 juli 2018 besluiten om op drukke fietspaden de snorfietser naar de rijbaan te verplaatsen. Daar waar de snorfietser naar de rijbaan moet, is de snorfietser ook verplicht een helm te dragen. Dit besluit is genomen op verzoek van de G4: Amsterdam, Rotterdam, Utrecht en Den Haag.


Snorfietsen

Snorfietsen, feitelijk begrensde scooterbrommers, zijn populair omdat er geen helmplicht is. In Nederland staan bijna 700.000 snorfietsen geregistreerd. Vaak zijn snorfietsen opgevoerd en doordat ze veel sneller kunnen, stoten ze ook veel meer fijnstof uit.


Verkeersbesluit

Alle wegbeheerders krijgen de mogelijkheid om met een verkeersbesluit te bepalen waar een onderbord komt waarmee de snorfietsers naar de rijbaan worden verplaatst. Het College van Burgemeester en Wethouders kan hiertoe besluiten vanwege grote drukte op het fietspad. Grote drukte kan leiden tot onveilige situaties, bijvoorbeeld door te weinig ruimte voor inhalende snorfietsers of door schrikreacties doordat mensen te dicht op elkaar rijden.


In het verkeersbesluit moet de wegbeheerder aantonen hoe de verschillende belangen zijn afgewogen. De gemeente moet het besluit goed motiveren. De gemeente moet dus aantonen dat het besluit bijdraagt aan de veiligheid van de fietsers en aan de doorstroming op het fietspad. Daarnaast moet de veiligheid van de snorfietsers behouden blijven.


Veel tegenstand

Vanuit verschillende hoeken komt kritiek op dit overheidsbesluit. Het zou helemaal niet veiliger worden op de weg. Het snelheidsverschil is te groot: snorfietsen hebben een maximumsnelheid van 25 kilometer. Brancheverenigingen BOVAG en Rai Vereniging vinden het een zeer onverstandig besluit. Zoals Paul de Waal van BOVAG het omschrijft: “Het is een oplossing voor een probleem waarbij je een probleem creëert dat nog groter is.”


De Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid (SWOV) publiceerde oktober 2017 de resultaten van een onderzoek naar de veranderingen in verkeersveiligheid als snorfietsen naar de rijbaan zouden moeten. De organisatie concludeerde dat een helm dragen niets gaat opleveren. Alleen als de auto’s gebonden worden aan een maximumsnelheid van 30 kilometer per uur, is het snelheidsverschil verwaarloosbaar. Als dit snelheidsverschil wordt opgeheven, kan dat tot een jaarlijkse reductie van 261 verkeersdoden en -gewonden in Amsterdam leiden, zo blijkt uit het onderzoek. Daarnaast neemt de overlast op het fietspad af.


De SWOV heeft op youtube een video geplaatst met de resultaten uit dit onderzoek.


Ook vreest Rai Vereniging dat veel eigenaren hun snorfiets wegdoen. Dit veroorzaakt een mobiliteitsprobleem: de helft van de gebruikers is 45 jaar ouder en veel van hen kunnen alleen door hun snorfiets mobiel blijven.


Alternatieven

De tegenstanders van het plan menen dat een verandering in de infrastructuur – met name in de grote steden – veel meer bereikt dan verbanning van snorfietsen naar de rijbaan. Voorbeelden zijn het aanleggen van meer fietsstraten, verbreding van fietspaden en meer handhaving op de verkeersregels.

 

Snorfiets vanaf 8 april 2019 in Amsterdam naar de rijbaan

Naar verwachting gaan snorfietsers in Amsterdam begin 2019 met helm op naar de rijbaan. Amsterdam bespreekt nog voor de zomer het verkeersbesluit dat daarvoor nodig is.


Met steeds drukker wordende fietspaden pleit de gemeente al langer voor het verplaatsen van snorfietsen naar de rijbaan. Volgens de gemeente hebben diverse onderzoeken uitgewezen dat dit leidt tot een betere verkeersveiligheid voor alle verkeersdeelnemers.


Half juli bespreekt het college het verkeersbesluit om de wijziging mogelijk te maken. Daarna ligt het ontwerp van 14 augustus tot en met 24 september ter inzage, iedereen krijgt de kans om daarop te reageren. De gemeente zal die reacties vervolgens beoordelen, waarna er een definitief besluit wordt genomen. Belanghebbenden kunnen daartegen nog in beroep gaan.


Wethouder Sharon Dijksma (Verkeer) is opgetogen. 'We zijn blij dat alle lichten daarvoor nu op groen staan. Tegelijkertijd gaat het om een ingrijpende en complexe maatregel. Snorfietsers moeten mogelijk andere routes gaan rijden, wennen aan een nieuwe plek op de weg en natuurlijk: een helm op. Daarom staat bij de invoering van deze maatregel zorgvuldigheid voorop.'


Naar verwachting is begin 2019 alles klaar om de nieuwe situatie in te laten gaan. Op de meeste plekken binnen de ring A10 zullen snorfietsen in plaats van op vrijliggende fietspaden op de rijbaan rijden (bekijk de overzichtskaart).


Verdere informatie is te vinden op www.amsterdam.nl/scooter, in de digitale nieuwsbrief en in advertenties in de lokale media.


Naast Amsterdam overweegt ook Den Haag om de snorfiets naar de rijbaan te verplaatsen.

 

Milieuzone Rotterdam volledig van kracht voor oude diesel- én oude benzineauto’s

De gemeente Rotterdam mag dieselauto's van vóór 2001 en benzineauto's van vóór 1 juli 1992 weren uit het centrum van de stad. De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft in een uitspraak van 6 juni 2018 bepaald dat de zogenoemde 'Milieuzone Rotterdam' weer volledig van kracht is. Het college van burgemeester en wethouders van Rotterdam moet nu bepalen vanaf welke datum de milieuzone feitelijk ingevoerd en gehandhaafd zal worden.


Een groot aantal eigenaren van oudere benzineauto's kwam eerder tegen het verkeersbesluit waarbij de milieuzone is ingesteld in beroep bij de rechtbank Rotterdam. Die draaide in juni 2017 het verbod op oude benzineauto's terug. De rechtbank oordeelde dat de voordelen van het weren van deze auto's uit het centrum niet in verhouding staan tot de economische belangen van de eigenaren van die auto's. Het verbod op oude dieselauto's liet de rechtbank wel in stand. Het gemeentebestuur van Rotterdam is tegen de uitspraak van de rechtbank in hoger beroep gekomen bij de Afdeling bestuursrechtspraak.

 

Project Hinderbeperking grootschalige wegwerkzaamheden

De Wet IB 2001 kent een vrijstelling voor vergoedingen die bij grootschalige wegwerkzaamheden worden betaald aan verkeersdeelnemers om de hinder te beperken. De vrijstelling geldt voor deelnemers aan een project hinderbeperking gedurende maximaal twaalf maanden en tot een bedrag van niet meer dan € 200 per maand en € 1.200 per deelnameperiode. De voordelen voor deelnemers kunnen bestaan uit:

  • Geldelijke beloningen, uitgekeerd op de bankrekening.
  • Niet-geldelijke beloningen, zoals cadeaus, tegoedbonnen en spaarsystemen.
  • Vergoedingen voor alternatief vervoer, zoals een ov-budget of ov-kaart.


Voor zover de beloning door de werkgever van de deelnemer(s) wordt betaald, is sprake van loon uit dienstbetrekking. Daarvoor geldt deze fiscale vrijstelling niet. Wel kan de vergoeding mogelijk met toepassing van de werkkostenregeling onbelast worden uitbetaald.


De minister van Infrastructuur en Waterstaat (I en W) heeft het beleidskader op 25 april 2018 vastgesteld waaraan projecten moeten voldoen om in aanmerking te komen voor de vrijstelling. Een aanvraag moet een omschrijving van de wegwerkzaamheden waaraan het project gekoppeld is, inclusief een planning, een onderbouwing van de verwachte verkeershinder en een inschatting van het aantal personen dat hinder ondervindt van de wegwerkzaamheden omvatten.


Voor de aanwijzing van projecten gericht op hinderbeperking geldt een budgettair belang van € 500.000 per jaar aan gederfde belastinginkomsten. Dit komt overeen met € 2.000.000 aan uitgekeerde beloningen aan deelnemers. Aanvragen die aan de gestelde voorwaarden voldoen worden geselecteerd op volgorde van het moment van indienen. Het ministerie van I en W bevestigt schriftelijk of een aanvraag wordt aan- of afgewezen. Bij aanwijzing wordt het project in de Staatscourant gepubliceerd.